
Stinzenplanten
Stinzenplanten (In het Gronings ook wel Börgbloumkes genoemd) vormen een bijzondere groep van voorjaarsbloemen. Het zijn vooral bol-, knol- en wortelgewassen die vanaf circa de 16e eeuw werden (en worden!) verzameld en aangeplant in grotere tuinen bij landgoederen, kastelen en boerenplaatsen.
Ook bij de Ennemaborg in Midwolda werden deze planten, vaak bolgewassen, aangeplant. De bloeiperiode van deze planten is meestal vanaf februari tot half april.
Hieronder staan afbeeldingen van de soorten die ik bij de Ennemaborg heb gefotografeerd.
Gewoon sneeuwklokje (Galanthus nivalis)

Het gewoon sneeuwklokje is een bolgewas en behoort tot de uit de narcissenfamilie. De plant is afkomstig uit Zuid-Europa
Dubbel sneeuwklokje (Galanthus nivalis 'Flore pleno' )

Het dubbele sneeuwklokje is een bolgewas waarvan de bloemen bloeien van eind januari tot half maart, afhankelijk van het klimaat.
Lenteklokje (Leucojum vernum)

Het lenteklokje is een evenals het sneeuwklokje een bolgewas uit de narcisfamilie. Het lenteklokje bloeit meestal twee weken later dan het. gewoon sneeuwklokje (Galanthus nivalis), niet in de lente, maar nog in de winter.
Winterakoniet (Eranthis hyemalis)

Oosterse sterhyacint (Scilla siberica)

De Oosterse sterhyacint is een bolgewas en behoort tot de aspergefamilie. De stervormige bloemen bloeien in maart en april en in de zomer is er niets meer van het plantje te zien.
Bosanemoon (Anemone nemorosa) lstok.

De bosanemoon is een lage vaste plant uit de ranonkelfamilie. De plant groeit vaak op lemige, bosbodems waar de grondwaterstand 's winters hoog is.
bostulp (Tulipa sylvestris)

De bostulp is een bolgewas, dat behoort tot deleliefamilie. Het is de enige tulpensoort die in Nederland in het wild voorkomt. De plant komt voornamelijk op buitenplaatsen voor op vochtige, voedselrijke, kleiachtige grond.
wilde narcis (Narcissus pseudonarcissus)

De wilde narcis is een bolgewas uit de narcisfamilie. Hij komt oorspronkelijk voor in weilanden, bossen en op rotsige plekken. De wilde variant staat is zeer zeldzaam en sterk afgenomen.
Bosgeelster (Gagea lutea)

De bosgeelster is eenoverblijvende die behoort tot de leliefamilie. Hij een plant van vochtige, voedselrijke grond in loofbos en in grasland. Van nature komt hij voor in Europa en Azië.
Vingerhelmbloem (Corydalis solida)

De vingerhelmbloem vroeger ook wel vastwortelige helmbloem genoemd, is een plant uit de papaverfamilie. Hij plant is ook bekend als vogeltje-op-de-kruk en voorjaarshelmbloem.
Wilde kievitsbloem (Fritillaria meleagris)

De wilde kievitsbloem is een bolgewas uit de leliefamilie. De bloem is gewoonlijk paars geblokt, maar crèmewitte exemplaren komen ook voor. Het duurt acht jaar voor de plant bloeit.
Gele anemoon (Anemone ranunculoides)

De gele anemoon is een lage vaste plant uit de ranonkelfamilie. De soort is in Nederland niet bedreigd. De plant komt van nature voor in Centraal Europa en Azië. In Nederland komt de plant alleen in Zuid-Limburg in het wild voor.
Daslook (Allium ursinum)

Daslook is een plant uit de narcisfamilie. Daslook groeit in loofbossen en -bosjes op schaduwrijke en vochtige plekken. De plant bloeit van april tot juni, soms tot juli.
Gewoon speenkruid (Ficaria verna verna)

Gewoon speenkruid is een laagblijvende voorjaarsbloeier die behoort tot de ranonkelfamilie.Speenkruid groeit vaak in goed gezelschap, bij stinzenplanten in de buurt. maar is een inheemse plant.
Robertskruid (Geranium robertianum)

Robertskruid ( werd vroeger wel Stinkende ooievbaarsbek genoemd. Robertskruid wordt net als speenkruid tot het bijgoed van de stinzenplanten gerekend.
Lees meer
Sneeuwroem (Scilla forbesii)

Sneeuwroem (Scilla forbesii) Kenmerkend voor de soorten van dit geslacht is dat de zes identiek gevormde bloemdekbladen aan de basis buisvormig vergroeid zijn. De bloemen zijn meestal blauw, soms roze of wit. De meeldraden staan in twee kransen van drie. Deze zijn aan de basis bandvormig verbreed en vormen zo een koker om het vruchtbeginsel
Lees meer